Categorie: Griekenland

4 x een parel in Griekenland

4 x een parel in Griekenland

Skopelos, Santorini, Kefalonia, Argo Saronische eilanden |

– Niet verder vertellen… –

Je hebt van die parels die je eigenlijk liever voor jezelf wil houden, maar ook weer te mooi zijn om niet te delen. Vooruit! Hier 4 parels in Griekenland, speciaal voor jou. Maar niet verder vertellen..

Skopelos

Skopelos heeft geen vliegveld en hopelijk blijft dat altijd zo. Het feit dat Skopelos alleen per boot bereikbaar is maakt dat het eiland authentiek gebleven is.

Skopelos hoort bij de eilandengroep Sporaden. Kenmerkend voor dit groene eiland zijn dennenbomen en kerken, beide volop aanwezig. Dichtbeboste bergen (de hoogste ruim 600 meter), in combinatie met goed gemarkeerde wandelpaden, maken het eiland tot een waar outdoorparadijs.

De kustlijn, grillig en met steile kliffen, is al even indrukwekkend. Niet voor niets koos de crew van Mama Mia het aan de kust gelegen kerkje Agios Ioannis Kastri als filmdecor.

Stafylos Beach, 4 kilometer van het gezellig Skopelos stad, is het bekendste strand. De lange baai is bedekt met kiezels en zand, voorzien van hippe strandtentjes waardoor geliefd bij een groeiend publiek. Wil je het strand helemaal voor jezelf? Met een gehuurde boot ontdek je mooiste verlaten strandjes.


Santorini

Geen onbekende parel, maar zo uniek dat ze hier niet mag ontbreken. Santorini is het zuidelijkste eiland van de Cycladen. Misschien wel het mooiste, en zonder twijfel het meest fotogenieke eiland van Griekenland.

Het ooit ronde Santorini heeft tegenwoordig de vorm van een halve maan. Vulkaanuitbarstingen hebben, door de eeuwen heen, het westelijke deel afgebroken en steile kliffen achtergelaten. Bewoners bouwden hun dorpen met huizen en kerken hier tegenaan. Alles wat je kent van ansichtkaarten uit Griekenland vind je hier. Witte dorpjes met doolhofstraatjes en blauwe koepeltjes hangen, alsof ze poseren voor een meesterschilder, aan de hoge kliffen van de westkust.

Stranden vind je aan de oostkust en zo ook de bekendste badplaats Kamari, ook wel het zwarte strand genoemd. Dat de vulkaan haar sporen heeft nagelaten vind je terug op deze donkere stranden evenals op Red Beach. Zin in een actieve ochtend vanuit Kamari? Sta vroeg op en loop naar de top van de berg Mesa Vouna (400 meter). Bovenop bevinden zich de ruïnes van het Oude Thira (400 meter) waarvandaan je een prachtig uitzicht hebt over het hele eiland.


Kefalonia

Het grootste eiland van de Ionische eilanden, gelegen voor de westkust van Griekenland. Ondanks de aanwezigheid van een vliegveld, de prachtige natuur en dito stranden met azuurblauwe zee is Kefalonia in mindere mate ontdekt door het massatoerisme en heeft ze haar eigen karakter weten te behouden.

Het eiland is groen en bergachtig met als letterlijk hoogtepunt het Aenos gebergte (1628 meter). Bekend als een van de mooiste dorpen van het eiland staat Assos, als een amfitheater gebouwd en gelegen op het gelijknamige schiereiland. Niet ver ten zuiden van Assos ligt het paradijs van Kefalonia, Myrthos Beach. Je waant je in de Caribbean op het witte zand- en kiezelstrand dat de zee turquoise kleurt.

De Ionische zee staat bekend om de vele zeiltochten die hier gemaakt worden. In flottielje (groepen) zeilen de boten langs de mooie kustlijn en stranden van Kefalonia en omringende eilanden. Een zeiltocht van 1 of meerdere dagen is dan ook een aanrader.


De Argo Saronische eilanden

Het fijne van eilandhoppen is dat met elk volgend eiland je vakantie weer een beetje opnieuw begint. Griekenland, met zo’n 6000 eilanden (waarvan 227 bewoond), leent zich hier uitstekend voor.

De Argo Saronische eilanden, in de Golf van Aegina, zijn relatief onbekend in het rijtje eilandhop-bestemmingen. De eilanden zijn afwisselend en verrassend mooi. Een prettige bijkomstigheid is dat je vliegt op Athene; dit biedt de mogelijkheid je vakantie te beginnen (of eindigen) met een bezoek aan deze metropool. Op 15km van Athene ligt havenstad Pireaus,  waarvandaan de ferry’s vertrekken naar deze eilandengroep.

Na een klein uur varen komt de ferry aan in Aegina. Dit eiland, op slechts 10km van Piraeus, is relatief vlak met een aantal lage bergen. Een belangrijke archeologische plek is de tempel van Aphaia, eens de beschermgodin van Aegina. Je waant je bij een prachtige mini-versie van de Akropolis (in Athene), maar dan praktisch zonder andere bezoekers.

Op het autovrije Spetses staan paard en wagen in de haven opgesteld, klaar om je naar je hotel te hobbelen. In de smalle straatjes van Spetses-stad is hét vervoermiddel echter een quad of scooter. Deze herrieschoppers zijn, gezien het weinige verkeer, een prima manier om het eiland te verkennen. Rondom het eiland zijn mooie stranden. Huur een bootje om verlaten baaitjes te ontdekken die niet vanaf de weg bereikbaar zijn. Kraakhelder water maakt het de ideale plek om te snorkelen.

Hydra is te omschrijven als een bijzondere mix van toeristisch en idyllisch. Om te beginnen toeristisch, doordat dit eiland een favoriete stop is voor veel dagtoeristen uit Athene. Echter, wanneer de groepen vertrokken zijn ontpopt Hydra-stad zich als een idyllisch plaatje. In de schilderachtige haven zijn auto’s en motoren verboden, watertaxi’s en ezels vervoeren goederen en toeristen om en over het eiland heen.

Een brug verbindt de twee eilanden die Poros vormen met elkaar. Het gezellige Poros-stad ligt, gebouwd tegen een heuvel, op de kleinste van de twee. Dit romantische eiland is bedekt met dennen-, olijf- en citroenbomen. Het huren van een auto is dé manier om het eiland te verkennen. De bergen bieden indrukwekkende vergezichten over het groene eiland.


De molen van Tienhoven vs. Aegina

De molen van Tienhoven vs. Aegina

De trots van de molenaar!

Overal ter wereld zie je ze; molens. In allerlei soorten maten. Aangedreven door wind of water, bedoeld om te malen, pompen of zagen. Zoveel verschillen als er tussen de molens zijn, er is veelal één overeenkomst: de trots van de molenaar.


Het voorjaar lijkt de Corona tijd te willen compenseren door ons te trakteren op veel zon en overdadige bloei. Prettige bijeenkomst is dat het motto ‘blijf thuis’ inmiddels is veranderd naar ‘vermijd drukte’ wat dan weer prima te doen is als je, net als ik, van natuur in plaats van mensenmassa’s houdt. Heb ik even mazzel te wonen tussen bos, hei, water en weide.

Terug naar de molens! Daarvan hebben we er in Nederland heel wat. Zo vinden busladingen Chinezen (affijn, nu dan even niet …) de weg naar Kinderdijk en staan in Friesland molens met veelzeggende namen als De Hoop en Welgelegen. Hier om de hoek fiets ik regelmatig langs Wipmolen de Trouwe Wachter in Tienhoven. Ooit was zijn taak de polder te bemalen. Nu doet hij dienst als woning en verwonderen fietsers en wandelaars zich over het pittoreske plaatje.

Ik denk terug aan de molens die ik zag tijdens het reizen. Aan Melaka op het vasteland van Maleisië waar een Hollandse molen in de dorpskern herinnert aan de Nederlandse bezetting. Aan het Lassithi plateau op Kreta waar op 800 meter hoogte een groene vruchtbare vallei wordt gesierd door amandelbomen en windmolens met witte zeildoeken.

Maar de molen die me het meest is bijgebleven, is die op Aegina; een eilandje vlak voor de kust van Athene. We waren er in 2014 en deden al eiland-hoppend Aegina als eerste aan. Al van veraf sprong de molen met zijn witgepleisterde muren en blauwe luiken in het oog.

De eigenaar van dit fotogenieke plaatje liep direct op ons af toen we stopten langs de weg. “Kom binnen, kom, ik maak koffie voor jullie”. Trots liet de molenaar ons zijn molen zien, alles even mooi en goed onderhouden. De hagelwitte wanden deden bijna pijn aan je ogen in het felle zonlicht.

In de tuin wees hij de kinderen op een grote pot met kruiden. “Oregano!” zei hij en vervolgens “Ruik maar”. Niet veel later hingen twee kinderneuzen in het geurige groen. Na een rondleiding, een straffe bak koffie en een mooi handen-en-voeten gesprek namen we even later afscheid van onze Griekse vriend. Wat bij bleef, naast de prachtige molen, is vooral zijn gastvrijheid en trots.

Als ik in Tienhoven, niet voor het eerst en zeker niet voor het laatst, langs De Trouwe Wachter fiets, denk ik terug aan de molenaar van Aegina. De gelijkenis treft me. Je ziet het aan de molen. Aan hoe deze met zorg is geverfd, de tuin er mooi bij staat en de heg is geknipt. Molenaars zijn trots. En terecht!


Doe je mee met Travelz@Home?

Zet je reisfoto en een vergelijkbare foto van ons eigen Holland plus een korte beschrijving op Facebook of Instagram en tag mij via @travelznu. Mailen mag ook: yvonne@travelz.nu

Hoppen over de Ionische eilanden

Hoppen over de Ionische eilanden

Griekenland | Lefkas, Kefalonia, Ithaka |

– In de voetsporen van Odysseus –

Het fijne van eilandhoppen? Dat op elk volgend eiland je reis een beetje opnieuw begint. Odysseus had als eindbestemming Ithaka, wij ook! We reizen in zijn voetsporen, maar dan wel met een auto. 

‘Daar zijn jullie, welkom’, zegt Lida hartelijk. De Nederlandse Lida en haar Griekse liefde Spiros wonen aan de rand van Kalamitsi op Lefkas. Voor hun huis ligt een moestuin, ernaast twee appartementen met verbluffend uitzicht over dorp en zee. ‘Wat zijn jullie plannen? Hoppen naar Ithaka? Dat is prachtig, Kefalonia trouwens ook. Kom dan vertel ik jullie eerst over de mooiste plekjes op Lefkas.’ Met een routekaart, volgekrast met informatie, en een wandelboek dat Lida zelf schreef, gaan we op pad.

Pastelkleuren en vijftig tinten groen

Wat opvalt op Lefkas is groen. Veel groen! En pastel in alle kleuren. Bergen, bekleed met een deken van pijnbomen, olijfbomen en cipressen. Vijftig tinten groen, afgewisseld met roze, oranje en lichtblauw geverfde huizen.

We koersen langs de westkust, van noord naar zuid. Door rommelige dorpjes met een vintage sfeer, alsof het zo bedacht is. Zoef! Linksaf de bergen in. Ferme haarspeldbochten vormen lussen in het beboste massief. Ogen op de weg. Hier wil je geen brokken maken. De ikonostasies (heiligenhuisjes) langs de weg maken indruk. Ze herdenken de mensen die hier verongelukt zijn. In het dal ligt dorpje Eglouvi er slaperig bij. De blauwwitte kerktoren steekt eigenwijs af bij de pastelgekleurde huizen. We strijken neer op het dorpsplein. Het is er heerlijk koel, omsluierd door reusachtige bomen. Grieken praten, drinken frappé en spelen backgammon, zoals het hier hoort.

In bergdorpje Kolyvata wurmt onze Micra zich door de nauwe straten. Lopen is beter. We zien een grijze man zijn kleding wassen in een oude teil. Even gedag zeggen: ‘Kalimera.’ Geen reactie. ‘Kalimera!’ De man kijkt op en lacht zijn afwezige tanden bloot. ‘Hallo! Kom, ga zitten. Willen jullie wat drinken?’ Het typeert de Griekse gastvrijheid. Latchi is 96 en woont evenveel jaren in dit kleine scheefgetrokken huis. ‘Ik word 105! Echt, ik ben nog sterk hoor’, zegt hij trots. Zijn rug is in een bijna haakse hoek naar voren gebogen. In zijn moestuin groeit van alles. ‘Het weer is perfect: veel zon en natte winters’, verklaart hij. We praten, lachen en drinken bier met onze nieuwe vriend. Als we wegrijden zwaait Latchi ons uit. 105? Zeker weten, hij gaat dat halen.

Terug in ons appartement. Iets verderop ligt Agios Nikitas; zonder twijfel de meest knusse badplaats van het eiland. Zodra de avond valt floepen lichtjes aan. Terrassen in de smalle hoofdstraat stromen vol met gebronsde reizigers. Nieuwsgierige straatkatten kijken verlangend naar borden souvlaki, tzatziki en ander Grieks lekkers. De sfeer is gemoedelijk, bijna huiselijk.

Caribisch blauw in Griekenland

Een nieuwe dag. Even knipperen. We zijn niet in de Caribbean toch? De kustlijn heeft, volgens velen, een van de mooiste stranden van Europa en wordt bestempeld met clichés als spectaculair en paradijselijk. Je vraagt je af of het klopt. Het antwoord: ja! Geheim recept zijn de witte kalkstenen rotsen die de zee aquamarijn kleuren. Op Egremni Beach staan steile kliffen met hun benen rechtop in het witte zand. Een blik van bovenaf is wellicht het meest indrukwekkend. We sturen de drone de lucht in. Lang leve de huidige technologie.

Verder zuidwaarts kronkelt onze rode huurauto als een slang door het tijmgroene landschap. In de verte balanceert een witte vuurtoren gevaarlijk op het zuidelijkste punt van Lefkas. Kaap van de dame is vernoemd naar Sappho, die volgens de Griekse mythologie van de kaap moest springen omdat ze haar man bedrogen had. Wilde golven slaan hard tegen de scherpe rotsen onder ons. Kippenvel! Zou het echt waar zijn?

Hop! Naar Kefalonia

West Ferries slaat haar laadklep neer op de kade van Nidri. Als een puzzel, die maar op één manier in de doos past, schikt de bemanning de auto’s in het laadruim. Op naar eiland nummer twee. De haven van Fiskardo op Kefalonia oogt krap en chaotisch, duidelijk niet berekend op zoveel zomers geweld. Mensen met rollende koffers, auto’s en scooters krioelen door elkaar.

De grillige westkust is als een ansichtkaart. En net als je denkt dat het niet mooier wordt, ligt daar Assos. Griekse sfeer, Siciliaanse bouwstijl en een scheutje Madurodam; zo zou je klein en kneuterig Assos kunnen noemen. Huisjes in een bont kleurenpalet lijken op elkaar gestapeld op de smalle strook waarmee het schiereiland aan Kefalonia zit vastgeplakt.

Op naar de top, de hoogste van de Ionische eilanden. Berg Ainos (1628m) splitst het zuiden van Kefalonia in tweeën. Wie snel wil, rijdt eromheen. Wie mooi wil, neemt de tijd en verwondert zich over de stilte en het uitzicht. Het laatste stuk wandelen we naar boven. Het is helder, wat een geluk. Zakynthos, Lefkas en ‘kijk daar Ithaka!’ We komen eraan.

Odysseus, in vol ornaat

Homerus vertelt in zijn gedichten over de Koning van Ithaka: Odysseus, de held die de list van het paard van Troje bedacht. Pas jaren later keerde hij heelhuids terug naar vrouw en zoon. We zijn op Ithaka. Het is onmogelijk dit verhaal hier te missen. Van duikschool tot taverne, van restaurant tot bootverhuur, alles heet Odysseus. En de man zelf? Die kijkt op zijn sokkel trots uit over zee in het noordelijke plaatsje Stavros.

Stavros is tijdens de aardbeving van 1953, anders dan de meeste dorpen in deze regio, relatief ongeschonden uit de strijd gekomen. Traditionele huizen, opgebouwd met brokken steen en gekleurde houten luiken, staan nog fier overeind. Op Ithaka heerst nog rust. Zelfs nu, in het hoogseizoen, is het niet overspoeld met toeristen.

Onze laatste avond is voorbehouden aan hoofdstad Vathi. Zeiljachten liggen lepeltje-lepeltje in de haven, klaar voor de nacht. In een smalle steeg valt ons oog op de kleine vistaverne Poseidon. Vlak erachter staat een blozende Odysseus, in vol ornaat. ‘Alles is hier al vernoemd naar deze koning, dus kiezen wij voor de God van de zee’, moeten ze gedacht hebben. Het eten smaakt er in ieder geval naar: goddelijk!

Het kostte Odysseus tien jaar om terug te keren naar zijn Ithaka.

‘Als je de tocht aanvaardt naar Ithaka, wens dat de weg dan lang mag zijn, vol avonturen, vol ervaringen.’

Een heldere boodschap van dichter Kaváfis: het gaat om de reis, niet om het doel. En zo eindigt ook onze reis, vol avonturen, vol ervaringen. Odysseus kan trots op ons zijn.


Praktisch

Vanaf Schiphol kan je vliegen op Preveza en Kefalonia. Ga je eilandhoppen? Vlieg dan heen op de ene en terug vanaf de andere luchthaven.

Een auto huur van je vanaf het vliegveld. Geef bij boeking aan dat je de auto meeneemt op de ferry. Je betaalt er meestal een kleine toeslag voor.

Lefkas is door een miniatuurversie van onze afsluitdijk gekoppeld aan het vasteland. Vanaf luchthaven Preveza rij je in 20 minuten het eiland op.

Overtochten > West Ferry vaart in nog geen twee uur van Lefkas naar Kefalonia (Nidri-Fiskardo, €8,50/volwassene, € 35,=/auto enkele reis). Ionian Pelagos brengt je in drie kwartier van Kefalonia naar Ithaka (Sami-Pisaetos, €4,=/volwassene, € 17,=/auto enkele reis)

Wandelboek > Lefkada ten voeten uit, Lida Out